BACK         BACK to Publications

De Kunst van het Verpakken Karel Sirag 2010 The Art of Packaging




De Kunst van het Verpakken

Deze catalogus is verschenen ter gelegenheid van de tentoonstelling van Karel Sirag, 15 mei t/m 19 juni 2010, en is samengesteld en geschreven door Koen Nieuwendijk. (16 pagina's, 47 afbeeldingen in kleur, ISBN 978-90-70402-34-1)

Het ene begin van wijsheid kan men zoeken in mensen die zich concentreren op het kleine, met als nadeel dat het overzicht ontbreekt. Het andere begin treft hen die zich richten op het grote geheel, met het risico dat zij zich vereenzelvigen met hun doel, in die zin dat zij neerkijken op hun medemens die zich beperkt tot zijn eigen schaal. Een uitweg uit deze impasse ligt besloten in het piepklein weergeven van monsterachtig uit het lood getrokken verhoudingen. Zie hier een van de ingrediënten waarmee Sirag bijdraagt aan uw en mijn groei naar interstellaire volwassenheid. Een nadeel is wel dat men neigt Sirag’s bijdrage als grappig te beschouwen, waarmee op het eerste gezicht de impact als leerproces zijn doel voorbij schiet, maar u zult straks zien dat het anders ligt.

U hoeft er niet in mee te gaan, en ik ook niet, maar kunst is zo serieus dat zelden iemand zegt dat die maatschappelijke relevantie om de een of andere reden kennelijk alleen van waarde is als de burger op het verkeerde been wordt gezet, alsof het positieve oogmerk van sociale betrokkenheid in feite één groot trompe-l’oeil moet zijn. Als de burger niet boos is, of erger nog, glimlacht, is het projekt mislukt. Dat wordt me wat als die trend doorzet. Stelt u zich voor, aan de ene kant de kunstenaars met hun nobele bedoelingen, die en masse alles in het werk stellen om hun medeburgers te ontregelen, aan de andere kant de mondige burger die alles uit de kast trekt om de overheid dwars te zitten, ook uit nobele overwegingen, daar twijfel ik niet aan. En ergens op het snijvlak van deze buitengouvernementele krachten komt de verwarring samen als de stilte in het oog van een cycloon, waar omheen alle vastigheid verpoedert tot het stof van de voorbije eeuwen, en als de wolken zijn opgetrokken, wat dan, wat dan? Uw redding heet Karel Sirag. U glimlacht al jaren als er weer eens een bestemmingsplan wordt gewijzigd, als er weer eens een padje wordt bijgehaald om de bouw van een wolkenkrabber te saboteren, iets groots door het land wordt gezeuld, en zodoende, als het poeder van voormelde wolk is nedergedaald, staan u en ik en Sirag glimlachend aan de kant, zoeken naar een stoffer en blik en gaan opgewekt weer aan de slag om er het beste van te maken.

Maar nu wordt het toch hoog tijd dat Karel Sirag wordt vrijgepleit van moralisme. Dat lukt eenvoudig door uw aandacht te verleggen naar wat hij nog meer schildert dan het gezeul en gemier van de menselijke soort, namelijk de omgeving waarin dat gebeurt. Dwars tegen de mondiale euforie van bouwkundige esthetiek in bedient Sirag zich met satanisch genoegen van dorpse oudbouw, die door het stapelen in berglandschappen zonder veel moeite idyllisch wordt. Maar daar gaat het mij niet om. Kijkt u eens tussen de bergen door in de ijle mistige vergezichten. U ziet diepten en verten van vele kilometers op een kwart vierkante centimeter. Zoiets moois op die schaal, dat legt bloot dat Sirag toch in het schilderen, puur om het schilderen, zijn ware passie heeft gevonden. Natuurlijk wordt u ook daar diep gelukkig van, zelfs als u dat niet in de gaten hebt, en kijk, weer glimlacht Sirag, want als het effect hetzelfde is, waarvoor zou u dan kiezen: het geweld van het ontregelen of de zegen van het onuitlegbaar betoveren? Dus ja, of hij het nou wil of niet, Sirag zet u op het verkeerde been. En waarom? Omdat door spot (en vooral ook zelfspot, kijkt u eens naar de zelfportretten op pagina 7 en 9), ironie, mededogen en hilariteit, en mede door het ontbreken van een moraliserende vinger, de verpakking en de inhoud in een vruchtbare synthese onontwarbaar met elkaar zijn vervlochten.



The Art of Packaging

This catalogue has been published at the occasion of Karel Sirag's exhibition, May 15 - June 19, 2010, and is compiled and written by Koen Nieuwendijk. (16 pages, 47 full colour reproductions, ISBN 978-90-70402-34-1)


One of the origins of good judgment can be traced to those who apply a detailed focus, the drawback being that they tend to be oblivious to the bigger picture; the other lies with those whose lives are all about the broad perspective, with the risk of their identifying with their own goal to such extent as to frown upon those of their fellow men and women who confine themselves to their own scale. A way out of this predicament presents itself in the minute representation of monstrously lopsided proportions, as one of the ingredients with which Karel Sirag helps you and me evolve towards interstellar maturity. The downside is that Sirag’s contribution is easily seen as humorous, which at first glance could be interpreted as causing the impact as a learning process to overshoot the mark. However, I will demonstrate that things are in fact rather different.

Please don’t feel obligated to agree - I certainly don’t! -, but art these days is such serious business that hardly anyone ever dares to say something along the lines of the social relevance of art apparently being of value only where it throws the public off balance, as if the positive hallmark of social concern should essentially be a single trompe l’oeuil of monumental proportions. Any project that fails to annoy the people or, worse still, elicit a smile has to go down as a failed project. In so far as this is an established trend, there’s no telling what it might lead to. Picture the battlefield if you will: here we have the noble-hearted artists, making a concerted effort to put their fellow commoners off their stride, opposed by the responsible citizen who leaves no stone unturned in his attempts to foil the authorities (with nothing but the most splendid of intentions, I’m sure). And somewhere on the cusp of this extra-governmental force field, confusion converges like the calm in the eye of a cyclone, around which all that is definite crumbles into the dust of centuries past … and when the clouds of dust have finally settled, where do we go? Your and my salvation has a name: Karel Sirag. You and I have been smirking for years whenever a zoning scheme was tweaked, a tiny toad was relied upon as a way of thwarting high-rise construction or a huge object was having to be hauled across the country, and so, when the aforementioned clouds of dust have settled, you and I, and Karel Sirag, stand on the sidelines with a smirk on our faces, looking for a dustpan and brush and merrily going about our business in an attempt to make the best of things.

Which urgently brings me at this point to clearing Karel Sirag of moral crusading, as something which is easily achieved by refocusing your attention to what else he depicts beside human tinkering and fiddling about: the environment in which all of this is taking place. In blatant contrast to the global euphoria of architectural aesthetics, Sirag fiendishly resorts to the rustic charm of ancient structures idyllically stacked near-effortlessly in mountain scenery. Which, however, is actually beside the point I am trying to make. Look between the mountains into the ethereal, hazy panoramas and you will see depths and distances of many miles represented on a scale of one tenth of an inch. Such divinity on such a tiny scale cannot but reveal that Sirag has in fact encountered his true passion in painting for the sake of painting. This is an insight that will make you too feel blissfully happy even if you yourself don’t know it, and again Sirag smiles, for what would you choose if the outcome were the same: the ferocity of disorganisation or the blessing of inexplicable enchantment? And so Karel Sirag inevitably ends up wrong-footing you, by using mockery (not to mention self-mockery - just take a look at his self-portraits!), irony, compassion and merriment to mesh the packaging and the substance in a most productive synthesis.



BACK