BACK

Weekly Residuum 268 -november 2005 A
© foto en tekst Koen Nieuwendijk




Het is niet zo dat iemand specifiek heeft geklaagd over de ondoorgrondelijkheid van de formuleringen in mijn voorafgaande stukje, maar toch lijkt mij nadere toelichting niet overbodig.

Ik geef u daartoe een voorbeeld. De vraag is gerezen of RNA uit de spermacel invloed heeft op het embryo. Zolang u dat onderzoekt kunt u zich hardop afvragen hoe ver de invloed hiervan wel niet zal reiken, in afwijking van de heersende opvatting dat het alleen om het pakketje DNA van de spermacel gaat. Als u weliswaar serieus maar zonder onderzoek aan het fantaseren slaat bent u wetenschappelijk strafbaar.

Maar nou ik. Ik lees slechts bij tijd en wijle het wetenschappelijke katern van het NRC Handelsblad, waaraan ik ook deze vraagstelling ontleen, en laat verder mijn gedachten de vrije loop. Ik weet zodoende nu al zeker dat ooit zal worden ontdekt dat de gedachten van de vader met zowel RNA als DNA meereizen. Ik laat voorlopig in het midden of dit van doorslaggevende betekenis is voor de ontwikkeling van de aankomende mens, want er zijn natuurlijk nog talloze andere nog niet in kaart gebrachte invloeden van buitenaf, maar ooit zal het lukken te bewijzen dat een gebed tot God op het cruciale moment verhoord wordt, in die zin dat de hoop tot het bestaan daarvan heel eenvoudig kan worden doorgegeven met het RNA, zolang de spermaproducent op het moment suprème ook daadwerkelijk woorden van die strekking bezigt. Sterker nog, voor de zaadcel klinkt dat ook een beetje als de stem van God, en verdraaid als het niet waar is, een groter realiteitsgehalte van iets dat u en ik naar het rijk der fabelen hebben verwezen zal een wezen tijdens zijn hele leven niet meer ervaren. Helaas, wie er ook mee in Nature komt, ik niet.



BACK