BACK          BACK to Voorzaat's exhibition 2004

Weekly Residuum 199 - april 2004 C
© foto en tekst Koen Nieuwendijk


Theo Voorzaat drijft als berijder van een bllikken speelgoedmotortje de spot met zichzelf in het schilderij "Een Duivelse Motorrijder" (detail)

Als Amsterdam had gedaan wat jij prefereert -gebouwen hun proces van aftakeling gunnen- dan had het er hier heel anders uitgezien. Stel dat we jouw wensdroom in het jaar 1799 in hadden laten gaan, en dat we ons daar tevens bij voorstellen dat een stad op gegeven moment haar burgers belooft driehonderd jaar in bouwkundig opzicht niets meer te doen, in het kader van een competitie tussen steden om het verst verwijderde doel, dan zou die stad nu een attractiepark van jewelste zijn, voor het behoud waarvan zowel belanghebbenden als idealisten zich in zouden zetten, alsnog geheel indruisend tegen jouw uitgangspunt.

Wat is het dus heerlijk om je, al kijkende naar jouw schilderijen, geen zorgen te hoeven maken over de verantwoording. Het heeft immers geen zin om het toetsen van onlogische zaken via logische lijnen te laten geschieden. Ik heb zelfs het gevoel dat de discipelen van de logica vanaf het begin hebben geweten dat zij zwak stonden, maar dat die ene millimeter voorsprong, die dit inzicht opleverde, nou juist van doorslaggevend belang was. Het leuke is daarbij dat ook wetenschap niet zonder passie kan, hetgeen het juist moeilijker maakt om te accepteren dat het bedachte ooit of misschien wel meteen wel eens niet waar kon zijn. In dit opzicht is er geen verschil tussen kunst en wetenschap, dus Theo, als je er geen bezwaar tegen hebt benoem ik je bij deze tot professor in de leerstoel van de onbegrepen aanpaskunde, waarbij aangetekend dat wij verder om ons heen veel mensen zien die tot de kern van je werk doordringen zonder ingewikkelde verhandelingen, door er eenvoudig naar te kijken. Dus zou het ook wel eens kunnen zijn dat als we beter naar je schilderijen zouden luisteren, er een hoop onheil kon worden voorkomen, met in het achterhoofd de gedachte dat het ongrijpbare van passie en het onbegrijpelijke van wetenschap misschien facetten van dezelfde edelsteen zijn.

Maar laten we eens kijken, Theo, of jouw leerstelling in Amsterdam correct wordt toegepast. Nee dus. In een poging meer cultureel toerisme te genereren lonkt de VVV alhier met de lokale architektonische hoogstandjes. Zou evenwel een degelijk vervallen Amsterdamse School-wijk niet veel meer toeristen trekken dan een opgeklopte inventarisatie van eeuwenlang karig monumentaal bouwbeleid? En zouden er niet eindelijk grote groepen zich vergapende toeristen verzamelen op die tochtige hoek van de Keizersgracht en de Vijzelstraat, als in de brochure onomwonden had gestaan dat het prachtige gebouw van de Nederlandsche Handel-Maatschappij van architekt De Bazel al bijna tachtig jaar op de verkeerde plaats staat, maar dat er een gerede kans bestaat dat door de aanleg van de Noordzuidlijn Amsterdam in één klap ruim gesorteerd zal zijn in ruïnes, het onstaan waarvan anders minstens een eeuw had gekost, en dus ook voor dit gebouw de laatste dagen zijn aangebroken. Je ziet Theo, er is nog hoop. Jouw ideaal is dichterbij dan je denkt.

Maar, laten we het positief houden. Ik heb bovendien het gevoel dat mijn woorden niet tot verheldering leiden, in tegenstelling tot de klare beeldtaal van jouw schilderijen. Ik zou dus willen voorstellen dat we ons daar op concentreren en ik verklaar dientengevolge de tentoonstelling graag voor geopend.


BACK