BACK

Weekly Residuum 232 - januari 2005 D
© foto en tekst Koen Nieuwendijk



Het is net als met de kip en het ei. Wat was er eerder: de kunstconsumerende mens of de kitsch? Eén ding is wel zeker: er is in ieder geval een mensensoort uit voortgekomen dat zich daarboven verheven voelt. Wie had dat gedacht: dat het Übermenschfenomeen als breekijzer mag dienen in het pedagogische perspectief van de hedendaagse kunst. Want laten we wel wezen, het is natuurlijk een illusie te verwachten dat die felbegeerde culturele upgrading een gelijkmatig verlopend proces is. Er zijn altijd haantjes de voorsten, er zijn altijd nakomertjes, en er zijn horden van twijfelaars. Die voorlopers, die moeten we in onze armen sluiten, die moeten we koesteren, die moeten we op een voetstuk plaatsen. Er is één probleem: het zijn ook mensen. Kunnen zij wel tegen de druk van het gelauwerd worden, kunnen zij de last van het uitverkoren zijn torsen, kunnen zij hun mindere medemensen nog wel verdragen? Want dat is één van de lastige dingen van voorlijkheid: je ergert je altijd dood aan wie je niet bijhoudt. Al dat uitleggen, steeds opnieuw, dat houdt maar op, dat vertraagt de verdere opmars, dat frustreert het zelfbeeld, dat vertroebelt elke nieuwe waarheid. Nee, het valt niet mee als je de uitvinding van het culturele wiel iedere keer opnieuw moet uitleggen.

Als u het mij vraagt moeten we deze mensen ontzien. Wij moeten de minister van Welzijn en Volksgezondheid verzoeken een pil in het ziekenfondspakket op te nemen die voorziet in euforieremmers, in ijdelheidblokkers en in bescheidenheidstimulantia. En natuurlijk vitaminesupplementen om het oneindige bombardement van vernieuwingen, of erger nog, van al dat realisme, nog wat dragelijk te maken. En laten we nou niet denken dat we die pil zelf nooit nodig zullen hebben. Deze gedachte alleen al is een teken dat het moment dat u het cruciale punt hebt gepasseerd, weldra is bereikt. De mensheid heeft slechts wat aan uw en mijn inzichten als u en ik die in alle bescheidenheid kunnen etaleren. Dus moeten u en ik te allen tijde bereid zijn die pil te slikken, zelfs als voorgeprogrammeerde recensenten als Merlijn Schoonenboom*) dat weigeren.

*) Merlijn Schoonenboom schreef in de Volkskrant van 21 januari 2005 een kort verslag van over het symposium "Wat is goede figuratieve kunst", gehouden in het kader van de kunstbeurs Realisme '05. Zijn slotsom was: "Ze (de beurs, kn) toont vooral veel (...) werken die op een kitscherige manier teruggrijpen op voorbije stijlen."

BACK