BACK     BACK to Adriana's Exhibition

Weekly Residuum 260 - september 2005 B
© foto en tekst Koen Nieuwendijk




Welkom op deze zomerse en feestelijke middag. Het is mijn bedoeling u wat wijzer te maken, maar of dat lukt is de vraag. U weet allemaal hoe moeilijk het is iets zinnigs over stillevens te zeggen. U kent ook vast wel de uitdrukking dat je erbij geweest zijn moet zijn om te kunnen oordelen. Als dwars karakter moet ik toegeven dat van alles wat je in je eentje bedenkt het nodige in de werkelijkheid niet is terug te vinden. En juist als dat dan eindelijk toch dreigt te lukken, dan moet je pas echt uitkijken.

Terug naar het stilleven. Ik klaagde net, maar waarom eigenlijk? Als er één mag kijken dan ben ik het en als er één praatjes heeft dan ben ik het ook, maar als er één is die het dan nog niet weet dan ben ik het weer, terwijl ik het al jaren voor mijn ogen zie gebeuren. Wat blijkt dus, er is iemand voor nodig die de aanvulling, het passtukje, de brug tussen zien en begrijpen, aanreikt. Dat hoeft niet met voorbedachte rade, liever niet zelfs, al ligt het toch weer anders met de demonstratie van Adriana.

We kunnen nu allemaal zeggen dat we erbij geweest zijn, maar als we de illusie koesteren nu van de hoed en de rand te weten, dan hebben we het met z'n allen lekker mis. Niet dat we bij de neus genomen worden, er zitten tenslotte hersenen in ons hoofd, en met die hersenen kunnen we al van tevoren bedenken dat we zoeken naar mensen die ons kunnen betoveren, die iets kunnen dat wij nooit en te nimmer zullen kunnen, of zelfs maar begrijpen, maar wel aanvoelen.

Betoveren is het mooiste als het gebeurt met middelen van deze tijd, die inhaken bij de associaties van deze tijd, en dat dan op een manier die we zelf als tijdloos ervaren. Adriana van Zoest is niet de eerste in deze galerie die dat kan en doet, maar ze is wel een van de weinigen die bereid zijn in het openbaar een tipje van de sluier op te lichten.

Ik staak nu mijn pogingen u in dit korte bestek te verklaren hoe het hedendaagse stilleven in elkaar zit, maar wel kan ik u aansporen naar de schilderijen van Adriana te kijken: zij speelt, en strijdt soms, met de ingrediënten, met het licht, met de ruimte. Dat doen alle leden van ons uitgelezen gezelschap van schilders, maar Adriana deed het vanmiddag voor uw neus. En misschien hebt u kunnen ervaren wat ik beschreef in het laatste zinnetje van de tekst in de catalogus, dat in de strijd met het drukproces is weggevallen, en dat nou juist de essentie weergeeft, en dat ik daarom graag als afsluiting voor u uitspreek: dat schilders als Adriana van Zoest op hun eigen manier, en in subtiele balans tussen oude en nieuwe waarden en op het scherp van de snede van zowel persoonlijke emotie als universele schoonheid telkens dat ene kleine stapje zetten dat iets toevoegt aan de steeds weer doorgetrokken lijn die evolutie heet.

Dit gezegd hebbende verklaar ik de tentoonstelling voor geopend.





BACK